Springrolls komen uit Oost- en Zuidoost Azië. Een lekker gerechtje om de start van de lente mee te vieren. Op dit moment kan je deze groenten in je springrolls doen. Raapstelen bestaan uit het jonge loof van meiknollen (bron: Foodiesmagazine). De springrolls zijn binnen een halfuur klaar. Op de foto zie je éen springroll doormidden gesneden.
Voor 4-6 springrolls:
– 4-6 rijstvellen
– 100 gram wortel
– 100 gram witlof
– 100 gram raapstelen
– 20 gram kiemen (ik gebruikte broccolikiemen en alfalfa)
– 1 eetlepel hoisinsaus
– 1 eetlepel sojasaus
– 1 eetlepel gehakte gember. Ik gebruikte voor dit recept gehakte gember met wat olie uit een potje, voor dergelijke recepten heel handig.
– 1 eetlepel gedroogd korianderblad
– 1 theelepel citroensap
Voordat je gaat rollen was en snijdt je eerst alle groenten en maak je de saus. Snijdt de witlof en wortel in dunne repen. Ontdoe de raapstelen van het kontje en snijdt ze fijn. Leg de groente klaar op een plank of bordje zodat je alles makkelijk kan pakken.
Maak de saus door de hoisinsaus, sojasaus, gehakte gember, gedroogde koriander en citroensap door elkaar te mengen.
Zet een bak met warm tot heet water klaar. Het hoeft niet te koken. Laat de rijstvellen hier éen voor een in weken. Zo worden ze zacht. Dat duurt ongeveer een minuut per vel.
Leg nu de ingrediënten op het rijstvel: ik ben begonnen met de wortel, daarna de witlof, dan de raapstelen, dan de kiemen en geëindigd met een beetje van de saus. Rol dan de springroll dicht. Als je snel bent kan je alvast het volgende vel in de bak leggen als je een springroll rolt maar wil je rustiger kunnen rollen, of heb je het nog nooit gedaan, wacht dan even tot je de rol af hebt. Als je de vellen te lang laat weken wordt het lastiger om er mee te werken.
Serveer de springrolls door ze doormidden te snijden of doe er wat anders leuks mee.
Je kan de saus ook als dipsaus erbij serveren. Als je ze mee wil nemen is erin doen het makkelijkste.